Deze omgevingsanalyse werd in 2019 opgemaakt. Op basis van deze omgevingsanalyse werd het Actieplan ROSE 2020-2025 opgemaakt.
Omgevingsanalyse Sociale Economie Zuid-West-Vlaanderen
Anno 2019 was er in Vlaanderen nog nooit zo weinig werkloosheid. De werkzaamheidsgraad is hoog, het aantal werkzoekenden is historisch laag. Helaas is er ook een keerzijde aan de medaille. Door de krappe arbeidsmarkt wordt het telkens moeilijker en moeilijker voor de werkgevers om de juiste arbeidskrachten te vinden. Werkgevers zijn op zoek naar de witte raven, maar hebben steeds meer moeite om deze te vinden. Dit is een signaal dat we vanuit de reguliere arbeidsmarkt krijgen, maar ook vanuit de sociale economie, waar we merken dat de instroom van nieuwe werknemers op verschillende vlakken een uitdaging is. De arbeidsmarktkrapte is een bedreiging van onze welvaart vandaag, zeker omdat verschillende factoren zoals vergrijzing deze krapte structureel kunnen maken. Gelukkig zien we ook uitdagingen en onbenutte kansen. We geloven in een regionale samenwerking om gemeenschappelijke uitdagingen in de (sociale) economie het hoofd te bieden.
De sociale economie is sinds jaar en dag bezig met het versterken van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, geeft hen kansen en biedt werk op maat. Hier huist dan ook zonder twijfel nog meer potentieel voor de reguliere economie om dichter bij elkaar te groeien en de uitdaging van arbeidsmarktkrapte mee het hoofd te bieden. Hieronder een cijfermatig onderzoek en trendanalyse voor de regio Zuid-West-Vlaanderen.
Arbeidsmarktkrapte
Cijfers
De arbeidsmarktkrapte is vandaag de dag historisch groot. Werkgevers komen in moeilijkheden omdat ze niet meer het juiste personeel vinden. De toenemende vergrijzing maakt van dit probleem iets structureel. Dit kan voor mogelijk economische negatieve gevolgen zorgen. Vooral in West-Vlaanderen zien we de grootste spanningsratio tussen vraag en aanbod van werk. De spanningsratio wordt gemeten als het aantal niet-werkende werkzoekenden per openstaande VDAB-vacature. Eind 2019 zijn nog ongeveer 2 werkzoekenden per vacature in de provincie (in 2014 waren dit er nog meer dan 8)!
Het rapport Arbeidsmarktkrapte vanuit het departement WSE (2019) ontwaart twee grote oorzaken van de stijgende arbeidsmarktkrapte. Zonder al te veel in detail te treden, zien we dat enerzijds door de vergrijzing een grotere uitstroom dan instroom is van geschoold personeel. Gekoppeld aan een sterke digitalisering en automatisering die vooral de jobs voor laaggeschoolde krachten verdringt, zorgt dit potentieel voor enkele structurele problemen: Een stijgende inflatie, productiviteitsverlies, achteruitgang in internationale economische concurrentiepositie, vertraging van de werkgelegenheidsgroei, een welvaartstaat onder druk, de rem op productie, een tekort aan geschoolde krachten, verminderde concurrentiekracht, minder innovatie bij ondernemers en bedrijven, jobverlies, lagere werkbaarheid, meer jongeren zonder diploma … (rapport arbeidsmarktkrapte WSE, 2019). Redenen genoeg om extra in te zetten op acties om mensen te activeren.
Het onderzoek van WSE ontwaart zes actieterreinen om in tegemoet te komen aan deze arbeidsmarktkrapte
- Inclusiever activeren
- Kwaliteitsvol informeren over de arbeidsmarkt
- Inzetten op vaardigheden
- Meer halen uit digitalisering
- Werken aantrekkelijker maken
- Mobiliteit stimuleren: tussen jobs, tussen regio’s en tussen landen
Dit wordt bevestigd in de beleidsnota Werk en Sociale Economie 2019-2024 waarin 3 grote strategische doelstellingen worden voorop geschoven:
- Meer mensen aan het werk
- Sterkere loopbanen binnen een stimulerend leerklimaat
- Veerkrachtige ondernemingen in een toekomstbestendige arbeidsmarkt
Rol van sociale economie
De zes actieterreinen die het onderzoek van WSE ontwaart zijn manieren om aan de ambities wat betreft werk van de nieuwe Vlaamse regering te werken. Wij zien veel kansen voor de sociale economiebedrijven.
Tewerkstellingscijfers
Tewerkstelling is – zo wordt algemeen aangenomen – een belangrijke voorwaarde voor een menswaardig en geïntegreerd leven. Tewerkstelling biedt immers niet alleen een inkomen, maar ook sociale contacten, zingeving, status … Maar niet iedereen kan zomaar aan de slag in het normaal economisch circuit of de reguliere economie. Voor sommige mensen is de afstand tot zo’n reguliere betaalde tewerkstelling (tijdelijk) te groot, en voor die mensen vormt de sociale economie een antwoord. Door vanuit een bedrijfsrealiteit een tewerkstelling op maat van de mogelijkheden van de mensen aan te bieden, helpt ze hen verder groeien als mens en zo mogelijk als werknemer.
Participatieslang
Afstand tot de arbeidsmarkt wordt vaak voorgesteld door middel van de participatieladder/participatieslang, een instrument dat aangeeft hoever mensen zich van een niet ondersteunde betaalde tewerkstelling bevinden. Onderstaande figuur geeft de verdeling weer specifiek voor regio Zuid-West-Vlaanderen voor 2018 met cijfers van 2017.
|
Maatregel |
West-Vlaanderen
|
Zuid-West-Vlaanderen |
INWONERS 15 – 64 jaar |
Totaal
|
740 217 |
182 104 |
Trede 6: Betaald werk |
Totaal |
520 236 |
128 539 |
|
|
|
|
Trede 5: Betaald werk met ondersteuning |
Totaal |
44 672 |
13 463 |
|
SINE |
1459 |
590 |
|
LDE |
291 |
130 |
|
Collectief maatwerk |
5804 |
2423 |
|
|
|
|
Trede 4: Tijdelijke activerende trajecten |
Totaal |
10 740 |
2362 |
|
TWE |
Geen info |
Geen info |
|
Werkplekleren en werkplekinstrumenten |
7744 |
1940 |
|
PWA / Wijk-werken (juli 2019) |
1530 |
468 |
|
|
|
|
Trede 3: Arbeidsmatige activiteiten onder begeleiding
|
Totaal |
1309 |
445 |
(Bron: regio participatieladder POM 2017)
Conclusie: Zuid-West-Vlaanderen scoort heel hoog in cijfers ihkv tewerkstelling en arbeidsparticipatie in 2017. De regionale aanpak heeft dus zeker een grote meerwaarde.
Waar scoren we niet het hoogst?
- Gesco (= uitdovende maatregel)
- Sociale werkplaatsen (2 personen verschil met regio Brugge)
- WES (werkervaringsstage, 7 personen verschil met Regio Oostende)
- Opleidingsstage ( 1 persoon verschil met regio Brugge)
- IBO (72 personen verschil met regio Brugge)
Arbeidsmarktinfo
Jobratio
De jobratio is: het aantal jobs per 100 inwoners op arbeidsleeftijd
Sept 2019 |
Vlaanderen |
West-Vlaanderen |
Zuid-West-Vlaanderen |
# werkenden per 100 inwoners (in pct) |
71.7 |
76.7 |
81.3 |
(Bron: Arvastat, sept 2019)
In de periode 2006-2017 is de jobratio in Zuid-West-Vlaanderen gestegen met +5,1%. Deze stijging ligt lager dan +6,5% in West-Vlaanderen en +5,7% in het Vlaams Gewest. Hiermee heeft de regio een stuk van zijn voorsprong moeten inleveren, al is deze minder sterke stijging onder meer te wijten aan de hoge jobratio die de regio al in 2006 optekende (RESOC Zuid-West-Vlaanderen & POM Zuid-West-Vlaanderen, 2018; Arvastat, 2019).
Werkloosheidcijfers
Bovenstaande cijfers geven de toestand weer van het aantal niet werkende werkzoekenden in september 2019. Zoals bijna overal in Vlaanderen (behalve regio Oostende) blijft het aantal werkzoekenden dalen. Voor regio Zuid-West-Vlaanderen zijn hier enkele opmerkingen te maken:
Jeugdwerkloosheid:
· In Zuid-West-Vlaanderen ligt het aandeel jeugdwerklozen (jongeren tot 25 jaar) met 28,8% het hoogst in vergelijking met West-Vlaanderen (26,6%) en het Vlaams Gewest (22,2%) (Arvastat, 2019).
· We zien het aantal leefloondossiers bij mensen jonger dan 25 jaar blijft stijgen (ondanks het gunstig economisch klimaat). Waar in 2009 in Vlaanderen 27 279 leefloners jonger dan 25 waren, zijn dat er in 2019 bijna 48 500 (cijfers van https://stat.mi-is.be).
Mensen met een migratie-achtergrond:
· De enige doelgroep in werkloosheid die hier (en overal in Vlaanderen) gestegen is, is het aantal mensen met een migratie-achtergrond. Blijkbaar volstaan de huidige inspanningen niet om deze mensen toe te leiden naar de arbeidsmarkt.
Oudere werkzoekenden:
· We zien een minder snelle daling van werkzoekenden die ouder zijn dan 55 jaar.
Mensen met een arbeidsbeperking:
· Bij navraag bij VDAB krijgen we de volgende cijfers voor eind 2018 als het gaat over mensen met het advies maatwerk of LDE die momenteel nog werkloos zijn.
· Voor regio Zuid-West-Vlaanderen gaat het in het totaal over 417 mensen die het ticket maatwerk / LDE kregen maar dus niet op de gepaste plaats terecht zijn gekomen.
Er zijn wel degelijk nog een aantal mensen die momenteel nog niet actief deel uit maken van onze arbeidsmarkt. De vraag is hoe we deze mensen beter kunnen betrekken op de arbeidsmarkt en welke rol de sociale economiebedrijven hierin kunnen spelen.
Trendmatig onderzoek:
Groei van inwoners
De regio telt op 1 januari 2019 319 114 inwoners. De lichte groei ten opzichte van de afgelopen 10 jaar is te danken aan een natuurlijke groei, maar vooral aan een positief migratiesaldo. Deze evolutie is duidelijk bij de bevolkingsgroep van 25 tot 29 jaar. Zuid-West-Vlaanderen trekt duidelijk meer jongeren aan, maar tegelijk neemt ook de oudere bevolking toe (RESOC Zuid-West-Vlaanderen, 2018).
Vergrijzing
De vergrijzing in Vlaanderen neemt sterk toe: tussen 2017 en 2027 wordt een stijging van het aantal 65-plussers van meer dan 22% verwacht (een sterkere groei dan in de voorbije 10 jaar +18%). In Antwerpen, Gent, de rand van Brussel en Zuid-West-Vlaanderen is de stijging het zwakst (Statistiek Vlaanderen, z.j.). Ondanks de zwakkere stijging wordt Zuid-West-Vlaanderen eveneens geconfronteerd met de gevolgen van de vergrijzing waardoor de zorgvraag in de regio toeneemt.
De uitdaging in de zorgsector
Er zijn in West-Vlaanderen meer dan 54 000 mensen tewerkgesteld in de zorgsector, dat is evenveel als in de metaal-, machinebouw-, textiel- en voedingsindustrie samen. Volgens een studie van Agoria zullen er tegen 2030 in Vlaanderen ongeveer 105 000 vacatures zijn in de zorgsector als gevolg van de stijgende vraag aan geschoold personeel (roadshow.west4work.be, oktober 2019). Tegelijk zien we dat er veel 50-plussers tewerk gesteld zijn in de zorgsector, deze zogenaamde babyboomers stromen sneller uit dan dat er nieuwe mensen instromen. Er komt dus een nijpend tekort in de social profitsector.
In de afbeelding van de participatieslang zoals eerder getoond, vinden we de meest recente info terug van Zuid-West-Vlaanderen
Binnen de regie sociale economie in Zuid-West-Vlaanderen willen we focussen op de activiteiten die zich situeren op treden 3 t.e.m. 5. Hierbij willen we prioritair aandacht hebben voor die werkvormen en organisaties die ook door het Vlaamse Departement Werk en Sociale Economie als tot de Sociale Economie behorend worden benoemd, we onderhouden goeie contacten met de andere actoren die hier actief zijn.
Het is hierbij niet onbelangrijk om ook even stil te staan bij het feit dat sociale economie bijdraagt aan de economische verankering van ondernemingen die meerwaarde creëren, zoals vastgesteld in de studie ‘Verankeringswaarde maatwerkbedrijven’ van de POM West-Vlaanderen van oktober 2016.