Brugfiguren secundair onderwijs uitgelegd
De werking brugfiguren lager onderwijs is een succesverhaal; de brugfigurenwerking secundair onderwijs kan echter geen copy-paste zijn van de werking brugfiguren lager onderwijs. Er werd dan ook met alle lokale besturen, het CAW en experten buiten de regio (Gent, Oostende) heel wat voorbereidend werk gedaan om een goede doorstart te maken.
Onze missie
“We willen dat iedere jongere in Zuid-West-Vlaanderen kansrijk kan opgroeien. We richten een regionale pool van brugfiguren in het secundair onderwijs op zodat we vroegtijdig optimale ontplooiingskansen bieden aan kinderen en jongeren en dit op alle levensdomeinen. We hebben hierbij bijzondere aandacht voor het gezin.”
Ons doelpubliek
Het doelpubliek zijn jongeren tussen 12 en 18 jaar die les volgen in het secundair onderwijs. Ook hun gezin wordt nauw betrokken. De brugfiguren secundair onderwijs besteden bijzondere aandacht aan jongeren en hun gezin in een (mogelijk) kwetsbare situatie.
Samenwerking
We werken regionaal samen omdat:
- samenwerken in complexe situaties noodzakelijk is
- de leerlingenmobiliteit binnen de secundaire scholen dit ook vraagt
- we de expertise van alle lokale besturen en het CAW Zuid-West-Vlaanderen maximaal inzetten
Maatwerk
We hebben aandacht voor het lokale maatwerk: de brugfiguren secundair onderwijs zijn heel lokaal aan de slag, in de scholen en binnen de sociale diensten van de lokale besturen. Zo kunnen zij vraaggericht en op maat werken.
Financiering
Voor de financiering van de brugfigurenwerking ontvangen we een subsidie vanuit het Plan Samenleven. De Vlaamse regering keurde eind september een subsidie (Plan Samenleven) voor brugfiguren secundair goed voor de regio Zuid-West-Vlaanderen. Voor de regio Waregem en regio Menen betekent dit een versterking en aanvulling op de expertise van de bestaande brugfigurenwerking secundair onderwijs.
Alle lokale besturen in de regio stemden ook in met cofinanciering. Het CAW Zuid-West-Vlaanderen zet vanuit reguliere middelen eigen personeel in. We kunnen tot slot rekenen op de ondersteuning van het Agentschap Integratie en Inburgering.